Op 10 september 2017 werd bij opgravingen in Draa Abu el-Naga (aan de Westelijke Nijloever bij Luxor) het graf van de koninklijke goudsmid Amenemhat gevonden. Hij leefde tijdens de 18e dynastie en vervaardigde objecten ter ere van de god Amon-Re. Ik moest meteen denken aan de vondst die bij mij een levenslange fascinatie voor het oude Egypte in gang zetten: de ontdekking van het graf van Toetanchamon door Howard Carter in 1922.
Ik hoorde het verhaal voor het eerst op de middelbare school tijdens de geschiedenisles. Ik vond het geweldig en spannend! Maar wat me toen ook al aansprak, was dat Carter stug door bleef werken, en een rotsvast vertrouwen bleef houden, ondanks de teleurstellende resultaten. Hij wist zeker dat het graf van Toetanchamon nog ergens in het Dal der Koningen te vinden was. En ik kon me goed voorstellen hoe groot de ontlading geweest moet zijn toen het graf uiteindelijk gevonden werd.
Een rotsvast vertrouwen
Howard Carter werd thuis in Engeland al gegrepen door een fascinatie voor Egypte. Toen hij 17 jaar oud was, reisde hij erheen. Hij bekleedde er diverse functies, voordat hij in contact werd gebracht met Lord Carnarvon, die als geldschieter betrokken was bij opgravingsprojecten. In eerste instantie mocht het team nog niet graven in het Dal der Koningen, omdat Egyptoloog Theodore M. Davis nog licentiehouder voor dat gebied was. Pas toen hij ervan overtuigd was dat er niets meer te vinden was, verkreeg Carnarvon de licentie.
Vanaf 1917 zocht het team onder leiding van Carter gericht naar het graf van Toetanchamon in het Dal der Koningen. Davis had daar namelijk wel al grafgiften en mummificatiemateriaal van de jonge farao gevonden. Maar na een aantal jaren systematisch zoeken zonder resultaat besloot Carnarvon de geldkraan dicht te draaien. Howard Carter had echter een rotsvast vertrouwen dat hij het graf kon vinden, en hij wist Carnarvon over te halen nog één laatste seizoen het project te financieren.
De trap en de doorgang
Op 4 november 1922 vond Carter een toegangstrap, zo’n 4 meter onder de toegang tot de tombe van Ramses VI. Aan het einde van de volgende dag waren alle traptreden blootgelegd. Het graf van Toetanchamon was gevonden. De ontlading en vreugde moeten enorm zijn geweest. Toch gaf Carter de opdracht het gat weer dicht te gooien, zodat financier Carnarvon bij de onthulling aanwezig kon zijn.
Op 24 november werden de traptreden opnieuw uitgegraven, nu in het bijzijn van Lord Carnarvon. De gesloten doorgang onderaan toonde de cartouche met de koningsnaam van Toetanchamon, maar ook tekenen van herverzegeling. Grafrovers hadden ook dit graf gevonden. Pas toen Carter een gaatje maakte in de tweede doorgang, gelegen aan het einde van een tunnel, en met een kaars naar binnen scheen, bleek het graf ongeschonden te zijn.
Het graf van Toetanchamon bestaat uit 4 ruimtes: de voorkamer (de eerste ruimte die Carter zag), een bijkamer, een grafkamer en een schatkamer. Alle ruimtes lagen boordevol met spullen die de farao nodig had tijdens zijn reis door het hiernamaals. Na ongeveer drie maanden kon het team de grafkamer openen, en vonden ze de prachtige gouden sarcofaag waarin de farao nog steeds rustte.
In de bijna 10 jaar die volgden, werden de vier ruimtes van Toetanchamons graf leeg gehaald. Maar pas nadat de meer dan 5000 objecten genummerd en gefotografeerd waren. Carter liet daarmee een fantastisch archief van foto’s, aantekeningen en dagboeken na.
U kunt dit archief online terugvinden op: http://www.griffith.ox.ac.uk/discoveringTut/