Michelangelo, Sibille van Cumae, 1508-12, Sixtijnse kapel
Tussen 1508 en 1510 werkte Michelangelo aan het Sixtijnse plafond. Naast voorstellingen uit het Oude Testament schilderde hij ook profeten en sibillen, zoals deze sibille van Cumae.
Sibillen
De sibillen waren profetessen uit de oudheid. Zij spraken hun voorstellingen uit in een staat van extase en schetsten vaak angstaanjagende gebeurtenissen. Hun namen verwijzen naar de plek waar zij gevestigd waren. Deze sibille bijvoorbeeld sprak haar voorspellingen uit in een grot bij de stad Cumae in Campania. Hun profetieën zijn opgetekend in het boek of de boekrol waarmee alle sibillen op het plafond zijn afgebeeld.
Het feit dat heidense profetessen in een religieuze, en zelfs pauselijke, context zijn afgebeeld, lijkt misschien vreemd. De kerkvaders beschouwden deze vrouwen echter als de heidense tegenhangers van de Bijbelse profeten. Hun profetieën zouden de komst van Christus op aarde al voorspeld hebben.
Zandkorrels
In vergelijking met de andere sibillen op het Sixtijnse plafond, die er allemaal mooi en jong uitzien, schilderde Michelangelo de sibille van Cumae als een oude vrouw. De reden daarvoor vinden we bij de Romeinse schrijver Ovidius. Hij verhaalt dat de god Apollo verliefd op haar was. Om haar te verleiden wilde hij al haar wensen uit doen komen. Zij wenste net zoveel levensjaren als het aantal zandkorrels dat ze in haar hand kon houden. Ze vergat echter te vragen om daarbij haar jeugd en schoonheid te behouden. Daarom werd ze, naarmate ze ouder werd, steeds kleiner. Totdat ze helemaal verschrompelde en alleen haar stem nog bleef bestaan.